1Een bedevaartslied.
Welzalig ieder die de Here vreest,
die in zijn wegen wandelt,
2want gij zult eten de opbrengst van uw handen;
welzalig gij, het zal u welgaan.
3Uw vrouw zal zijn als een vruchtbare wijnstok
binnen in uw huis;
uw zonen als olijfscheuten
rondom uw dis.
4Zie, zo zal de man gezegend worden,
die de Here vreest.
5De Here zegene u uit Sion,
opdat gij het goede van Jeruzalem moogt zien
al uw levensdagen,
6en opdat gij uw kindskinderen moogt zien.
Vrede zij over Israël.
Uw browser ondersteunt geen HTML5 audio.